Praat tegen hem op vaste momenten. Vertel alles wat je tegen hem wil zeggen, wat je meegemaakt hebt, wat jou bezig houdt.
Hij komt vanzelf als jij de rust hebt, maar zoek het niet in grote dingen, maar in bijvoorbeeld een liedje waar hij gek van was, of een korenbloem of een vogel bijvoorbeeld.
Het was een zachtaardige man, enigszins gezet, klopt dat? Hij sprak, vaak met liefde of zachtaardigheid. Hij kon observeren, en hiervan genieten?
|